Historie
De naam Laika is geen rasaanduiding, maar komt van het Russische woord ‘lájatj’, dat blaffen betekent. Hiermee wordt het type honden bedoeld die sinds de oertijd met de mens samenleven en die door verschil in gebruik en geologische ligging van uiterlijk verschillen. Zij liggen aan de oorsprong van vele huidige noordse rassen.
Rasindeling
Alles wijst erop, dat het bij noordse honden moeilijk is een concrete rasindeling te maken, omdat de autochtone typen zich vaak nog in ‘natuurlijke’ toestand bevinden en de erkende rassen alle relatief sinds korte tijd erkend zijn. Duitse kynoloog Richard Strebel, die in Rusland de gelegenheid had om schedelmateriaal te bestuderen, deelde begin deze eeuw de poolhonden in twee groepen in: Canis familiaris Palustris (Rütimvorm) (kleinere Keeshondachtigen); Canis familiaris Inostranzewi (Anutschin-vorm) (grotere Laika, Wolfachtige honden).
De Laiki (meervoud van Laika) deelt hij in bij de tweede groep, en ze zijn volgens hem een overgangsvorm tussen Keeshonden en Doggen. Prof. N. Smirnoff onderscheidde twee groepen honden:
- Honden die van de wolf afstammen;
- Honden die van de jakhals afstammen.
De Laiki rekent hij tot de eerste groep als bestaande uit trekhonden en jachthonden op groot wild. De huidige indeling van de Laika-rassen is vastgesteld op het Allunion kongres te Moskou in 1947 (Hauck en Strebel). Ieder gebied had namelijk zijn eigen Laika-ras, maar vaak verschilden deze niet veel in uiterlijk en gebruik. Men heeft toen de circa 27 verschillende Laika-typen ingedeeld in 6 rassen. - West Siberische Laika: gebruikshond: jacht-, waak-, sledehond. In de oorlog gebruikt als rode kruishond en als mijnenzoeker.
- Russisch Europese Laika: jachthond. Uiterlijk lijkt deze op Karelische Berenhond; iets kleiner. Zwart-wit van kleur.
- Oost Siberische Laika: ras in opbouw, nog niet uniform. Gebruikshond: jacht-, waak-, sledehond. Zwaarder van bouw dan de West Siberische Laika en vaak donker van kleur.
- Karelo-Finse Laika: jachthond op kleine dieren en vogels, uiterlijk en gebruik komt sterk overeen met dat van de Finse Spits.
- Jezdoraja Laika: een zwaar gebouwde, vaak als vrachtsledehond (NoordoostSiberië) gebruikt. Zeer verschillend van uiterlijk.
- Nenezker Laika: herdershond bij de rendierkuddes en hulp bij de jacht; van oorsprong Samojeden-Laika. Kleur wit. zwart. zwart-wit.
Van deze 6 rassen zijn er momenteel 3 door de FCI erkend, te weten: De West Siberische Laika, de Russisch Europese Laika en de Oost Siberische Laika. Deze drie rassen plaatst men bij de jachthonden, maar er wordt telkens weer benadrukt dat een sterke scheiding tussen jacht- en sledehond niet mogelijk is en deze honden in meerdere funkties inzetbaar moeten kunnen zijn.
Typen:
De in het land van oorsprong meest verspreide Laika is de West Siberische Laika. Dit heeft hij onder andere te danken aan zijn sterke constitutie en bijna universele bruikbaarheid. Zijn thuisgebied omvat de Noord-Oeral en West-Siberië. Echter, ook buiten deze gebieden zijn ze goed vertegenwoordigd. De huidige West Siberische Laiki zijn ontstaan uit twee typen die men in meer of mindere mate in de huidige hond nog kan terugvinden. Dit zijn de Mansijskaja (Mansijsker) Laika (ook Vogulskaja Laika genaamd) en de Chantejskaja (Chanteischen) Laika (ook wel Ostjazker Laika genaamd).
In de Oeral ontstond een nieuw type door vermenging van de Mansijskaja Laika, de Chantejskaja Laika en de Zyrjanische Laika. Later werd hieruit door F.F. Krestnikov de Russisch Europese Laika gefokt. De twee typen tonen veel overeenkomst qua afmeting, kleur en gebruik. De Mansijskaja Laika was echter lichter gebouwd. Hij had een weinig uitgesproken stop, smaller hoofd, langere snuit en was minder in vacht; de halskraag ontbrak. De Chantejskaja Laika was zwaarder van bouw. Hij had een bredere schedel, ietwat stop, kortere snuit en was rijker behaard met een goed ontwikkelde halskraag. De huidige West Siberische Laiki zijn een mengeling van deze typen, waarbij men vaak in meer of mindere mate een uitgangstype herkent. De hoogte is 52~60 cm. hoger zijn: 58-64 cm. De jagers zijn van mening dat het klimaat en de jacht in Siberië sterkere, grotere honden vereist. Daarbij was men ook van mening dat, gezien de aanwezige variatie in hoogte, men goede exemplaren niet van de fok moest uitsluiten vanwege hun hoogte. In het verleden was dit tot 69 cm. In 1979 werd op het Allunion besloten de hoogte op 62 cm te stellen. Veel invloed had dit echter niet.
Beschrijving:
De West Siberische Laika is een robuuste, droge hond; in het algemeen iets langer dan hoog, hoewel de reuen bijna kwa- dratisch zijn. Ze hebben een droog, lang, wigvormig hoofd. De kleuren zijn wit, grijs, rood, wolfsgrijs in alle schakeringen en bruin. Zwart, zwart gevlekt en lichtrood komt voor, maar is niet geliefd. De aftekening is niet van belang; de hond kan symmetrisch of gevlekt zijn. De kleur van de neus is zwart en mag bij witte en rood~witte honden bruin zijn. Het hele type is goed in verhouding en straalt snelheid en levendigheid uit. Het karakter is evenwichtig en zeer aanhankelijk. Hij is bijzonder voorzichtig in de omgang met kinderen, en vriendelijk en sociaal in de omgang met volwassenen; hoewel hij, als de nood aan de man komt, een goede waker en beschermer is. Hij is sociaal ten opzichte van andere honden; hij zoekt een conflict niet op, maar indien aangevallen zal hij niet wijken. Daar de Laika zeer dicht bij de natuur staat heeft hij een sterk roedelinstinkt en natuurlijk gedrag.
Aanleg:
Door de strenge natuurlijke selektie in het land van oorsprong, het is geen uitzondering dat pups geboren worden bij -20′ C. Er is geen menselijk ingrijpen; is een pup niet sterk genoeg of kan een teef haar pups niet verzorgen, zullen de pups niet overleven. Dit is een harde methode. maar heeft wel het ras gezond gehouden. Raskwaaltjes zijn niet bekend. voedingsproblemen. Omschakelen van geïmporteerde honden op een goed uitgebalanceerde voeding gaf geen enkel probleem. Van een goed kwaliteitsvoer heeft hij slechts zeer weinig nodig. Bij grote inspanning, bijvoorbeeld sledehondenwerk, kan men omschakelen op een voer met een verhoogde energiewaarde.
Mensenhond
Belangrijk is dat men met hem bezig is. Als de West Siberische Laika buitenshuis zijn energie kwijt kan, is hij binnenshuis zeer prettig en rustig. Wat ook belangrijk voor hem is, is gezelschap. Dit kunnen honden zijn, maar menselijk gezelschap mag zeker niet ontbreken. Want meer dan andere noordse honden is de Laika een mensenhond, dat wil zeggen minder eigenzinnig, zeer aanhankelijk en gericht op zijn mensen. De West Siberische Laika wordt gemiddeld 15 jaar oud. Hij past zich gemakkelijk aan verschillende klimatologische om-standigheden aan. Extreme koude zowel als warmte worden door de Laika zeer goed verdragen. Zijn rijke beharing wisselt tweemaal per jaar. De honden verharen sterk in deze periode. De vacht heeft als voordeel, dat hij niet stinkt en vuilafstotend is. In het algemeen zwemmen ze graag en hebben ze een groot uithoudingsvermogen.
Geschiedenis
Sinds mensenheugenis is de Laika een hond die als trekdier, jager en waker samenleeft en samenwerkt met de mens. Opgravingen uit het stenen tijdperk door de geoloog Inostranzewi van botresten duiden al op Laiki-typen honden. Deze honden werden op reizen door de Vikingen meegenomen en verspreidden zich zo over
Noord-Europa. Dit zou een verklaring kunnen zijn voor de overeenkomsten tussen Laiki en de Scandinavische rassen. In het oosten gebeurde dit via de Beringstraat richting Alaska. De Laika nam voor de bevolking een belangrijke plaats in. Zonder trek- en jachthonden kan men onder de barre omstandigheden niet overleven. over de ontwikkelings- geschiedenis. Het was een helper van eenvoudige nomaden. Stambomen werden niet bijgehouden. Het ras ontstond door gebruik. De geschiedenis bestaat uit opgravingen en overleveringen van bezoekers die middels verhalen aangaven wat voor type honden men aantrof (dit wisselde naar gebruik),
welke taak zij hadden en welk belang zij hadden voor de bevolking. Er zijn verhalen bekend, dat in arme tijden de huisvrouw haar melk verdeelde onder de pups en haar kinderen.
Laika in Nederland
Sinds enkele jaren bevinden zich ook in Nederland zo’n kleine dertig West Siberische Laiki. Dit zijn rechtstreekse importen uit Rusland of de generatie hiervan. Het importeren van een goede hond is niet gemakkelijk en vergt goede kennissen, kontakten en geduld, zeer veel geduld. Een teefje heeft ons 2,5 jaar wachten gekost met telkens weer teleurstellingen na mislukte pogingen. Maar ons geduld is rijkelijk beloond. We deden inmiddels onze vierde import en zijn van mening, dat we een goede start kunnen maken met de West Siberische Laika in Nederland. Van de overige Laiki in Nederland is ons van één andere hond bekend dat hij aktief in de sledehondensport is. Overige honden worden waarschijnlijk alleen als gezelschapshond gehouden; er is helaas weinig over bekend. Wij zijn met de honden aktief met shows (Wereld-, Ned. en Internat. Kamp.) en in de sledehondensport, waarin de Laiki zich uitstekend thuisvoelen. Ze zijn snel en intelligent. Ook gehoorzaamheids-kursussen en behendigheid met de Laiki zijn ons zeer goed bevallen. Waarbij ons opvalt, dat de Laika minder voergevoelig is dan andere poolhonden. Zeker een hond met mogelijkheden in deze takken van hondensport. De honden beschikken over een uitzonderlijk aanpassingsvermogen. Volwassen honden die nooit in huis waren geweest, waren binnen veertien dagen perfekte huishonden. Een jonge hond van een half jaar oud, die wij uit zijn ‘natuurlijke’ omgeving haalden (hij had tot dan toe alleen dit terrein, zijn moeder, broers, zussen en bezoek gezien), ging zonder problemen mee aan de lijn, in de auto, in de stad, in een hotel en mee naar Nederland en gedraagt zich hier uitstekend. Al ons geloof omtrent inprenting, socialisatie en dergelijke werd in twijfel getrokken…
De West Siberische Laika is aanhankelijk elegant gezelschap en een rustige kameraad in huis. In bos en veld wordt hij één met de natuur en kan men genieten va zijn lenigheid en beweeglijkheid. Zeker een hond die de moeite waard is in Nederland te introduceren. Wij waren niet geïnteresseerd in het creëren van een ‘nieuw’ ras; immers, er zijn op deze aard bol al zeer vele geschikte rassen, met voor ieder wat wils. Wel waren wij op zoek naar een zo natuurlijk mogelijk, gezonde hond, geschikt voor ons klimaat, maar bovenal een hond, in al zijn gedrag, een helper en gezelschap van de mens.