Kelpies zijn intelligente, hardwerkende schapenhonden die onschatbare hulp geleverd hebben aan de Australische schapenhouders. Het zijn onvermoeibare werkers die vijftig kilometer per dag kunnen afleggen. Ze zijn toegewijd aan hun werk en ze kunnen de hele dag door werken met slechts een kleine pauze tussendoor. Ze zijn snel en behendig, en ze rennen achter de schapen langs om voor de kudde uit te komen. Hun liefde voor het werken zit in hun instinct evenals hun vermogen schapen te drijven. Deze aangeboren bekwaamheid werd aangetoond bij kleine puppies die in een schaapskooi waren geplaatst.
Kelpies werken goed, zowel op het erf als op het open veld. Het zijn ook loyale en intelligente huisdieren. Het is echter belangrijk dat ze actief gehouden worden om hun grenzeloze energie te bevredigen Ze tonen zich aanhankelijk en trouw ten aanzien van de baas en diens gezinsleden en gehoorzamen goed. Een doorsnee kelpie heeft een stabiel en evenwichtig karakter.
Hij is alert op wat er in de omgeving gebeurt en laat zijn stem horen als er onraad is. Door hun ernorme will-to-please is deze hond vrij eenvoudig te trainen. Het is echter wel belangrijk dat deze hond daadwerkelijk een taak te vervullen krijgt want een Australische kelpie die niets hoeft van zijn baas gaat zich vervelen en vervalt veelal in kattenkwaad .
Geschiedenis
Er zijn veel theorieën over de afstamming van het Kelpie-ras. Een ding is zeker, de Australische schapenhouders selecteerden fokhonden zorgvuldig op de eigenschappen die ze nodig hadden bij het schapen houden onder Australische condities.
Ze kozen de beste honden van gelijkgestemde schapenhouders om met hun eigen honden van voorkeur te paren. Zo produceerden ze de intelligente en toegewijde, hardwerkende Kelpie. De naam Kelpie werd gedurende 1872 veel gebruikt door de Australische gemeenschap van schapenhouders.Er wordt gedacht dat de Kelpie afstamt van de gladharige Border Collies die uit Schotland geïmporteerd werden door een aantal schapenhouders die ze zorgvuldig gefokt hebben.Volgens een andere theorie komen de voorouders van de Kelpie uit Tasmanië. Er gaan suggesties dat de Dingo gebruikt werd voor de evolutie van de Kelpie maar de Dingo heeft het instinct schapen te doden en te eten dus deze rassenkruising is onwaarschijnlijk.
Ook wordt beweerd dat de vos betrokken is bij de voorouders van de Kelpie. Deze bewering is waarschijnlijk te wijten aan de maat en de kleur van de Kelpie. De vos en de hond zijn echter twee genetisch verschillende soorten, wat succesvolle voortplanting niet mogelijk maakt. Zo heeft de vos bijvoorbeeld 38 chromosomen terwijl de hond er 78 heeft.Een ander idee is dat het ras zijn oorsprong heeft in Noord-Afrika. Er wordt gedacht dat Noordafrikaanse schapenhonden vroeg in de negentiende eeuw naar Schotland gebracht zijn en daar gepaard zijn met plaatselijk collies om honden (Kelpies genaamd) te produceren. Deze honden werden populair bij de Schotse pioniers in Australië omdat ze zich snel konden aanpassen aan de condities.
Rasbeschrijving
Algemeen uiterlijk
Het algemene uiterlijk van de Australische Kelpie is dat van een lenige, actieve hond van grote kwaliteit, met een krachtige spierconditie, grote soepelheid van de ledematen en met het vermogen onvermoeibaar te werken.
Eigenschappen
De Kelpie is extreem alert, scherp en zeer intelligent, heeft in enige mate aanleg tot volgzaamheid en beschikt over een bijna onuitputtelijke voorraad energie. Verder is hij zeer loyaal en plichtsgetrouw. Hij heeft een natuurlijk instinct en geschiktheid voor het schapen hoeden, zowel in het open veld als op het erf.
Kop en schedel
De kop is in proportie met de grootte van de hond. De schedel is licht gerond en breed tussen de oren. Het voorhoofd loopt over in een recht profiel naar een uitgesproken einde. De wangen zijn grof noch uitpuilend, maar rond tot het voorgezicht, dat fijntjes en afgebakend is. De bek is iets korter in lengte dan de schedel. De lippen zijn stevig en schoon. De neus heeft dezelfde kleur als de vacht. De algehele vorm en contouren zorgen voor een vosachtige uitstraling. Deze wordt verzacht door de amandelvormige ogen.
Ogen
De ogen zijn amandelvormig, van medium grootte en zijn duidelijk afgetekend in de hoeken. Ze zorgen voor een intelligente en
vurige expressie. De kleur van de ogen is bruin, in overeenstemming met die van de vacht. Wanneer de hond een blauwe vacht heeft kunnen de ogen lichter van kleur zijn.
Oren
De oren zijn opstaand en puntig met een huid die fijntjes maar sterk in de basis is. Ze zijn middelmatig groot, staan ver uit elkaar op de schedel en ze staan naar buiten. Aan de buitenste rand zijn ze licht gebogen. De binnenkant van de oren is goed bekleed met haar.
Mond
De tanden moeten gezond en sterk zijn en ze moeten gelijkmatig verspreid zijn. De onderste tanden komen net achter de bovenste, maar ze raken elkaar wel. Dit noemt men de scharenbeet.
Nek
De nek is middelmatig lang, sterk, lichtelijk gewelfd en gaat geleidelijk over in de schouders. De nek heeft een volle haarkraag en er is geen sprake van hangend nekvel.
De voorste delen
De schouders moeten gezond en gespierd zijn en mooi afhellen naar de schouderbladen ter hoogte van de schoft.
Lichaam
De ribben zijn elastisch en de borst is eerder diep dan breed. Tevens is deze sterk met stevig gespierde lendenen. De lengte van de hond vanaf de voorborst rechtstreeks naar de achterste is groter dan de lengte ter hoogte van de schoft in de verhouding van tien staat tot negen.
De achterste delen
De achterste delen horen breed en krachtig te zijn. De achterkniegewrichten goed gedraaid en de hakgewrichten naar beneden hangend.
Poten
De poten zijn rond, sterk en met goed gevormde tenen en sterke korte nagels.
Staart
Tijdens het rusten hangt de staart in een lichte kromming. Tijdens beweging of opwinding kan de staart verrijzen, maar hij wordt in geen enkele situatie recht verticaal gedragen. Hij moet van flink wat haar voorzien zijn. Hij reikt bijna tot aan de hakgewrichten.
Gang/beweging
Om een bijna grenzeloos uithoudingsvermogen dat vereist wordt van een schaapshond te kunnen leveren moet de Kelpie helemaal gezond zijn. Zowel wat bouw als beweging betreft. De bewegingen horen soepel en zonder moeite te verlopen en de hond moet het vermogen hebben van het ene op het andere moment in een sprint over te gaan. Tijdens het draven komen de poten op de grond dichter bij elkaar naarmate de snelheid toeneemt. Als de hond echter in rust is staan de poten in een vierkant.
Vacht
De vacht is een dubbele vacht met een korte dichte ondervacht. De buitenvacht is dicht behaard met harde, sluike haren die platliggen zodat de vacht resistent is tegen de regen. Onder het lichaam achter de poten is de vacht langer en vormt hij ter hoogte van de dij een soort broekje. Op de kop, inclusief de binnenkant van de oren, en op de voorkant van de poten is het haar kort. Op de nek is het langer en dikker en vormt het een soort kraag. De staart heeft een flinke hoeveelheid haar. Een vacht die te lang of te kort haar bevat is een afwijking.
Kleur
Zwart, zwart- en taankleurig, rood, rood- en taankleurig, geelbruin, chocoladebruin en rookblauw.
Grootte
Lengte: mannelijke honden; 46-51 cm. ter hoogte van de schoft. Teven: 43-48 cm.
Gebreken
Enige afwijking van zojuist genoemde punten moet als een gebrek worden beschouwd. De ernst van het gebrek zal in exacte proportie met de gradatie van de afwijking moeten worden bepaald.