Amyloïdose is een verzamelnaam voor diverse aandoeningen met verschillende oorzaken, waarbij er sprake is van een afzetting van onoplosbare eiwit structuren in de ruimte tussen de cellen van bepaalde organen.
Deze eiwitafzetting belemmert het normale functioneren van deze cellen en dus van het betreffende orgaan.
Amyloïd is de officiële naam voor deze onoplosbare structuren die overigens eigenlijk niet alleen uit eiwit bestaan, maar ook uit zure suikerverbindingen (de zogenaamde glycosaminoglycanen).
Als je amyloïd onder een electronen-microscoop bekijkt, dan wordt duidelijk dat het een stof is die bestaat uit vezels met een karakteristieke vouwstructuur: de zogenaamde bèta-vouwbladstructuur.
Deze specifieke structuur maakt het amyloïd onoplosbaar, erg moeilijk afbreekbaar en bij weefsel onderzoek aantoonbaar met een specifieke kleuring (Congo rood).
Amyloid afzetting in de glomerulus (= filterunit van de nier): door kleuring met de kleurstof ‘Congo rood’ wordt het amyloïd goed zichtbaar.
In gepolariseerd licht is na kleuring met ‘Congo rood’ een groene fluorescentie waarneembaar die kenmerkend is voor de stof amyloïd.
Hoe ontstaat amyloïd?
Er zijn veel verschillende soorten amyloïd, maar het amyloïd waarover we spreken bij amyloïdose bij de hond wordt in vrijwel alle gevallen gevormd uit een zogenaamd acute-fase-eiwit (het serum amyloïd A, kortweg ook wel SAA genoemd).
Dit acute-fase-eiwit wordt aangemaakt in het bloed onder zogenaamde ‘alarmomstandigheden’.
Het is een niet specifiek reagerend bloedeiwit dat van belang is voor het overbruggen van de bij infecties voorkomende levensbedreigende eerste fase, voordat specifieke antilichamen gevormd zijn.
Dit eiwit is eigenlijk een voorloper van het uiteindelijke amyloïd dat afgezet wordt tussen de cellen van bepaalde organen.
De afzetting van amyloïd in organen bij de hond heeft dus in de meeste gevallen (99,9%) iets te maken met een immunologische reactie, een afweerreactie.
Vormen van amyloïdose bij de hond en klinische beelden
Bij de hond zien we amyloïdose vooral in het schors en het merg van de nieren en bij oudere honden in de hersenen.
De afzetting van amyloïd in de nieren bij de hond leidt tot een (sterk) verminderde filtratie functie van de nieren en soms ook tot lekkage van eiwitten. De verminderde filtratie functie leidt op zijn beurt weer tot een ophoping van gifstoffen in het bloed (uraemie).
De lekkage van eiwitten resulteert in eiwitverlies via de urine, waardoor er een eiwit tekort in het bloed ontstaat, met alle gevolgen van dien (verlies van spiermassa, oedemen, vochtophoping de buikholte, etc.).
De amyloïd afzetting in de hersenen leidt tot een beeld dat vergeleken kan worden met de ziekte van Alzheimer bij mensen. Het wordt vooral gezien bij oudere honden, vanaf de leeftijd van 13 jaar.
Natuurlijk kan het klinisch beeld ook grotendeels bepaald worden door het primaire ontstekingsproces, dat de trigger vormde voor de afzetting van het amyloïd.
Rassen
Bij de hond komt amyloïdose vaker voor bij bepaalde rassen. Dit zijn de Grey Collie en de Shar-Pei.
Bij deze rassen wordt een beeld gezien dat bij mensen bekend staat onder de naam Familiaire Middellandse Zee koorts. Het wordt gekenmerkt door voorbijgaande aanvallen van buikpijn, gewrichtspijn (en zwelling) en koorts.
Ook Engelse Foxhounds en Beagles worden in de literatuur aangeduid als gepredisponeerde rassen voor amyloïdose.
De hierboven beschreven vormen van amyloïdose bij honden komen familiair voor. Er zijn sterke aanwijzingen dat het gaat om een recessief erfelijke eigenschap, maar het harde bewijs voor erfelijkheid (laat staan de manier van vererving) ontbreekt tot op heden nog.
Overigens is het optreden van amyloïdose zeker niet uitgesloten bij andere dan bovengenoemde honden of kattenrassen.
Diagnostiek
Amyloïdose kan slechts met 100% zekerheid worden vastgesteld door middel van weefselonderzoek. Dit weefsel kan worden verkregen door middel van biopten of bij sectie na overlijden.
We moeten ons echter realiseren dat het nemen van biopten van nieren en/of lever bij het levende dier een bepaald risico met zich meebrengt (bloeding!).
Bepaling van SAA-waarden in het bloed is voor de diagnostiek van amyloïdose zinloos. Het is slechts te gebruiken voor het aantonen van reactiviteit, maar niet voor het aantonen van amyloïdose zelf.
Tot op heden zijn er dan ook geen mogelijkheden om door middel van een bloedtest amyloïdose vast te stellen. We kunnen dan ook slechts op grond van het klinisch beeld, onderzoek naar de nierfunctie in bloed en urine en raspredispositie een vermoeden hebben van het bestaan van amyloïdose bij een bepaalde patiënt.
Op de langere termijn is het denkbaar dat er voorspellende genetische tests beschikbaar komen. Maar op dit moment zijn deze dus nog niet voorhanden.
Des te belangrijker is het om bij verdachte dieren na onverhoopt overlijden organen of weefselbiopten te verzamelen voor onderzoek naar amyloïdose.
Alleen hierdoor kunnen verdachte dieren als al of niet bewezen positief worden aangemerkt en kunnen eventuele familiebanden worden uitgezocht.