Verschijning:
De Russisch-Europese Laika is een middelgrote, licht rechthoekige, krachtige, droge en beweeglijke hond.
Hoofd:
Verhoudingsgewijs klein, met de vorm van een gelijkbenige driehoek.
Krachtige voorsnuit.
Ogen:
Klein.
Ovaal.
Schuin gesteld.
Donker.
Oren:
Rechtopstaand, spits.
Beweeglijk
Mond:
Goed aangesloten lippen.
Gebit: Sterk, wit: schaargebit.
Voorhand:
Goed gehoekt in schouder en opperarm.
Rechte voorbenen.
Veerkrachtige middenvoet.
Lichaam:
Sterke en gespierde rug.
Korte, licht gewelfde lendenen.
Sterke botten.
Korte, brede croupe, iets hellend.
Duidelijk opgetrokken buiklijn.
Ruime borstkas van een juiste diepte.
Achterhand:
Sterke achterbenen, goed gehoekt.
Wolfsklauwtjes dienen verwijdert te worden.
Voeten:
Ovaal, sterk, goed gesloten.
Beweging:
Typische gang voor dit ras is galop, afgewisseld met een korte draf.
Staart:
Wordt gekruld of zeisvormig over de rug of de dij gedragen.
Kleur:
Zwart, wit, peper en zout, grijs, donker met witte platen, wit met donkere platen.
Sterke ticking op de ledematen en rode kleur zijn ongewenst.
Vacht:
Hard en recht met een goed ontwikkelde ondervacht.
Kort en nauwsluitend op de kop en oren.
Langer op de nek, schoft en schouders.
Vormt een baard op de wangen en een uitstaande nekkraag.
Aan de voorzijde zijn de ledematen bedekt met glad, nauw aangesloten haar, aan de achterzijde is het iets langer, maar vormt geen bevedering.
Schofthoogte:
Reu 52 – 58 cm. Teef 48 – 54 cm.
NB:
Reuen: twee testikels moeten goed ingedaald zijn in het scrotum.